De hoge duikplank

Het zwembad in Made (ja dat bestaat echt) heette de Randoet. Vanaf mijn 9e mocht ik daar gewoon heen met vriendinnetjes. Op de fiets, gewapend met wat kwartjes voor een waterijsje, maar waar we natuurlijk schuimblokken en fruitlollies van kochten. Te lekker. En omdat mijn vader dorpstandarts was, hadden we thuis natuurlijk nooit snoep. Dus ging ik maar wat graag naar de Randoet.

Het enige jammere was dat de duikplanken  beheerst werden door Bennie en zijn vrienden. Bennie woonde vlakbij het zwembad en behalve dat ie ietwat dikkig was, was ie diep, diep bruin gebrand door de zon. Bovendien kon hij echt de allermooiste duiken en capriolen maken van de hoge. Iedereen keek vol ontzag als hij sprong. Maar de meeste kinderen waren ook een beetje bang voor hem. Hij bepaalde namelijk wie er wel en wie niet op de duikplank mocht. En als je dan eenmaal mocht maar je durfde niet. Dan liep Bennie zo de plank op en duwde de treuzelaar van de hoge. Doodeng.

Maar de wil was sterker dan de angst. Dus wachtten we strategisch tot Bennie en consorte even snoep gingen kopen. Hup snel naar boven en daar stonden we dan. En net toen we aan de beurt waren, hoorden we wat geruzie. Bennie was teruggekomen. Hij klom omhoog, en iedereen op de trap ging opzij. Zo ging dat in de Randoet. We konden geen kant meer op.

“Hee’, riep een vriendelijke stem. ‘Vinden jullie het eng? Ik doe het wel even voor. Kun je zien dat het echt makkelijk is”.

En daar sprong Bennie, zo met een dubbele salto in het diepe.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *